Seringen op de akkers in de Bovenlanden
De bovenlanden zijn al heel lang in gebruik voor de tuinbouw door de goede veenstructuur van het gebied. De laatste periode is het de trekheestercultuur, voornamelijk seringen, die het beeld bepaald. Het agrarisch gebruik is verantwoordelijk voor de typische structuur van de bovenlanden met akkers en watergangen.
Hoe werkt de seringenteelt?
De teelt van seringen begint met het enten van nieuwe seringen op de wilde onderstam. De opbouw van de struik duurt 7 jaar. Daarna kunnen de seringen om de twee jaar geoogst worden. In het jaar dat de struiken getrokken gaan worden, worden ze in het voorjaar geplozen om mooie lange takken te krijgen.
Om de struiken een bloem te laten ontwikkelen worden ze eind mei, begin juni gespoten met een remmiddel. Ook wordt de kluit rondgestoken om een bloem te ontwikkelen. In augustus, september worden de struiken uit de grond gestoken en per vlet naar de kwekerij vervoerd. Om de struiken het idee te geven dat het winter is worden ze voor een periode van vier weken onder riet gelegd of in een donkere hal geplaatst. Na deze periode is het blad van de struiken af en kunnen ze in de kassen worden gezet. In het begin kunnen de temperaturen wel oplopen tot 40ºC.
De laatste fase voor veilen
Na twee weken worden de struiken geplozen en wordt het blad eraf gehaald. Na nog een week stoken kunnen de eerste bloemen geoogst worden. In de loop van de jaren is de trekheestercultuur door allerlei economische en technologische omstandigheden onder druk komen te staan. De Bovenlanden streeft via het project “Structuurverbetering Bovenlanden” naar het behoud en ontwikkeling van de unieke tuinbouwcultuur op de bovenlanden.
Wie van Aalsmeer houdt, is donateur van de Bovenlanden!